Niet al te dove dame van negentig jaar
een eigen kamer in het tehuis bewonend
en nog in staat zonder rollator naar de eetzaal te schuifelen
zoekt kennismaking met man van hooguit dertig
bij voorkeur een nichterig type
die het leuk vindt haar twee maal per week een bezoek te brengen
haar bij binnenkomst een zoen geeft
af en toe bloemen meeneemt
bonbons mag ook, maar die lust ze niet meer
dus die moet hij dan maar zelf opeten
die met haar in de grote recreatiezaal gaat zitten
en daar, iets te hard pratend, breedvoerig uiteenzet
wat voor stommiteit hij van de week heeft begaan
waarna hij om zijn eigen verhaal vreselijk moet giechelen
die vervolgens zachtjes met haar de kleding en het kapsel
van de medebewoners en het verplegend personeel
licht spottend en af en toe opzij glurend bespreekt
en opeens, als het echt hilarisch wordt
zich niet goed weet te beheersen
waardoor hij er enkele woorden veel te hard uitflapt
en verschrikt zijn hand naar zijn mond brengt
om daarna proestend haar arm te grijpen
en daar zachtjes in te knijpen
wat ze bijzonder op prijs stelt
omdat ze hier in het tehuis alleen wordt aangeraakt
als daar een legitieme reden voor is
zoals wanneer een verpleegster haar helpt zich te wassen
of de tandarts haar gebit onderhanden neemt
maar nooit, sinds haar man gestorven is
uit zo maar een gevoel van verbondenheid
De dame in kwestie zoekt een jonge man
die niet bijster veel interessants te doen heeft
en het dus heerlijk vindt
als in ruil voor de boven omschreven diensten
aandachtig naar de uitvoerige verslagen
van zijn onbeduidende belevenissen wordt geluisterd
een jonge man die
hoewel er weinig te erven valt
bereid is
tijdens de rouwplechtigheid in verband met haar overlijden
op een stoel plaats te nemen
twee rijen achter haar bedrukt kijkende
zoons en schoondochters
en daar in zijn eentje
heel hard te gaan zitten huilen.